De rekening klopt.

Goed nieuws, we kunnen de gemeentebelastingen verlagen!

De belastingen gaan omlaag!

13/06/2017 - 11:47

We slagen erin om jaar na jaar de schulden van de gemeente met 2 miljoen euro te doen dalen. En toch kunnen we vanaf 2018 ook de belastingen voor onze inwoners doen dalen. Tegelijk blijven we investeren in mensen, diensten en infrastructuur. Hoe dat allemaal kan, lees je hier...

De belastingen gaan omlaag!

HOE VERLAAG JE DE BELASTINGEN, TERWIJL DE SCHULDEN DALEN EN DE INVESTERINGEN AMBITIEUS BLIJVEN?

Het antwoord: constant waken over gezonde financiën.

Wevelgem werkt al jaren aan gezonde financiën. Een gezond financieel beleid betekent:

  • Een aanvaardbare fiscaliteit, die de toets met de regio en vergelijkbare gemeentes kan doorstaan.
  • Een efficiënte dagelijkse werking.
  • Een beheersbare schuld.
  • Een ambitieus investeringsniveau, waarbij het patrimonium – het vast actief – van de gemeente in stand gehouden wordt, uitgebreid wordt in functie van de maatschappelijke behoeften.

Om deze ingrediënten te koppelen en om op een duurzame wijze met onze middelen om te gaan – zodat we de komende generaties niet letterlijk en figuurlijk extra gaan belasten – wordt gestreefd naar een duurzaam beleid op financieel vlak. We streven, met andere woorden, naar een duurzame autofinancieringsmarge.

De autofinancieringsmarge groeit

Deze duurzame autofinancieringsmarge kan omschreven worden als een norm. De autofinancieringsmarge, die geïntroduceerd werd in Vlaanderen met de invoering van de beleids- en beheerscyclus (BBC), toont aan of de gemeente voldoende middelen overhoudt uit zijn dagelijkse werking om de leningslasten terug te betalen. Met andere woorden: het financieel draagvlak wordt getoetst aan de netto-periodieke leningsuitgaven. Maar de autofinancieringsmarge geeft ook aan hoeveel ruimte er is, hoeveel marge er is, om investeringen te financieren met overschotten uit de dagelijkse werking. De autofinancieringsmarge geeft aan in welke mate geïnvesteerd kan worden zonder bijkomende schulden aan te gaan.

De gemeente Wevelgem heeft in 2012 voor het eerst een rekening afgesloten binnen het kader van de BBC. De autofinancieringsmarge bedroeg toen 272 249 euro.

In de periode 2013-2016 worden volgende autofinancieringsmarges genoteerd:

  • 2013: 1 073 525 euro
  • 2014: 4 915 271 euro
  • 2015: 6 149 511 euro
  • 2016: 4 132 698 euro

De schommeling in deze marges kan wel eens het gevolg zijn van eenmalige effecten, maar feit is dat de gemeente structureel een ruim overschot kan boeken. De ramingen inzake de autofinancieringsmarge, opgenomen in het meerjarenplan, wijzen op positieve marges van 2,4 tot 2,8 miljoen euro in de periode 2017-2019.

Duurzaamheid gekoppeld aan schuldafbouw

Een duurzaam financieel beleid betekent dat er ruimte is om te investeren vanuit de eigen middelen. Meteen biedt dit de kans om de schuld af te bouwen. Op 31 december 2012 bedroeg de totale financiële schuld van de gemeente 38 511 904 euro. Eind 2016 is die afgebouwd tot 30 671 896 euro. Een afbouw met ongeveer 8 miljoen euro over 4 jaar of gemiddeld 2 miljoen euro op jaarbasis. Met deze uitstaande schuld bevindt Wevelgem zich onder de gemiddelde uitstaande schuld per inwoner in Vlaanderen. Als rekening gehouden wordt met de uitstaande schuld binnen het OCMW – met de relatief recente bouw van 2 woonzorgcentra – dan wordt, op geconsolideerde basis, aangesloten bij die gemiddelde uitstaande schuld.

Het beleid inzake de schuld bestaat uit 2 pijlers:

  • Het renterisico stelselmatig beperken door in gunstige periodes te kiezen voor vaste rentevoeten of het inkapselen van de uitstaande schulden in structuren (met de nodige begrenzing).
  • Het verder opnemen van leningen in deze periode van lage rentevoeten, alhoewel de gemeente beschikt over de nodige liquiditeiten. Dit om enerzijds gebruik te maken van de lage rentestand en om anderzijds te waken over een regelmatige spreiding van de vervaldagen op termijn.

Duurzaamheid met een stevige buffer

Op 1 januari 2013 werd de legislatuur gestart met een kleine 28 miljoen euro op de rekening. De rekening 2016 sluit af met 28,5 miljoen euro. Over deze periode groeide het vast actief van de gemeente met 9 miljoen euro (van 150 miljoen euro naar 159 miljoen euro). Dit betekent dat de waarde van het patrimonium van de gemeente, na afschrijvingen, stelselmatig toeneemt. Het materiaal vast actief is over deze periode van 4 jaar gegroeid met 7 miljoen euro of ongeveer 7%. Er moet natuurlijk rekening mee gehouden worden dat 2013 een planningsjaar betreft en dat 2017 en 2018 de sterkste investeringsjaren worden.

Als de financiën structureel gezond zijn, kan verder geïnvesteerd worden zonder een opbouw van schulden.

Goede cijfers inzake exploitatie

Het exploitatiebudget levert een aantal middelen om, na de terugbetaling van de leningslasten, ook verder te investeren. Zoals hierboven beschreven is de gemeente erin geslaagd om gedurende deze legislatuur stelselmatig positieve autofinancieringsmarges te boeken. Binnen het OCMW (voor een deel zijn exploitatie-uitgaven en –ontvangsten hier communicerende vaten) zien we een analoog verhaal.

Dit goed exploitatiebudget wordt ten eerste gehaald door het behalen van de geraamde ontvangsten. De fiscale ontvangsten zijn de belangrijkste inkomstenbron voor de gemeente. De aanslagvoeten zijn sinds 2001 onveranderd: 7% aanvullende personenbelasting en 1800 opcentiemen onroerende voorheffing. Het gemiddeld inkomen per belastingaangifte bedraagt in Wevelgem 31 154 euro, in het Vlaamse gewest is dat 32 844 euro. Het kadastraal inkomen per inwoner is 547 euro, in Vlaanderen 637 euro.

In de dagelijkse werking wordt behoedzaam omgegaan met het beschikbare budget. Op deze wijze kunnen de geraamde overschotten jaar na jaar bij de rekening overtroffen worden. Een belangrijk aandeel binnen de uitgaven zijn de personeelsuitgaven (42%). In 2013 bedroegen de personeelsuitgaven 14 030 849, in 2016 is dit 13 861 461 euro. Deze opmerkelijke daling heeft – voor ongeveer 500 000 euro - te maken met de verhuis van de bezoldiging van de brandweer naar het budget van de hulpverleningszone (waaraan we bijdragen via een toelage). Als we dit effect uitzuiveren, dan gaat dit om een groei van 330 000 euro of minder dan 2,5% (dit in een periode met een beperkte inflatie, de gezondheidsindex groeide van 99,36 in januari 2013 naar 104,05 in december 2016 of een groei van 4,7%, er werd één indexsprong niet in de bezoldigingen verrekend). Een studie van Belfius wijst uit dat Wevelgem 6,4 personeelsleden telt per 1000 inwoners, in het Vlaams gewest zijn dat er gemiddeld 7,3 en bij vergelijkbare gemeentes 6,6 (de zogenaamde cluster). Dus zelf als de vergelijking gemaakt wordt met het laagste cijfer, dit van de cluster, betekent dit toch 6 extra personeelsleden. Bovendien is in Wevelgem geen personeel tewerkgesteld in verzelfstandigde entiteiten.

De uitdagingen op het vlak van exploitatie

Aan ontvangstenzijde betekent de tax shift van de regering Michel een verlaging van de lasten op arbeid, o.a. van de te betalen personenbelasting. Dit heeft bijgevolg zijn invloed op de inkomsten voor de gemeente uit de aanvullende personenbelasting bij een gelijkblijvend tarief. Dit effect wordt op kruissnelheid geraamd op ongeveer 800 000 euro.

Langs de uitgavenzijde mag gevreesd worden voor een stijgende pensioenfactuur, die zal doorgerekend worden aan de lokale besturen door hogere bijdragevoeten voor de vastbenoemden. In deze legislatuur wordt gewerkt aan een daling van het aandeel qua vastbenoemden. Bij pensionering wordt gekozen voor de contractuele tewerkstelling. Als geen maatregelen genomen worden door de hogere overheid inzake een sterkere responsabilisering van de gemeenten die heel wat meer uit de pensioenkas halen dan erin stoppen, dan kan deze factuur voor onze gemeente tegen eind volgende legislatuur met zo’n 500 000 euro oplopen.

Anderzijds moet gezegd dat het proces inzake contractualisering nog aan de gang is, dat we de diensten blijven uitdagen om bij pensionering na te denken over een goede mix aan personeel binnen een strak budgettair kader, goed beseffende dat de uitdagingen en de activiteiten binnen een lokaal bestuur ook complexer worden, wat leidt tot een zekere druk op de bezoldigingen. Ook het samengaan met het OCMW zal de werking van het lokale bestuur in eerste instantie niet vereenvoudigen, maar zal en moet bijdragen tot efficiëntiewinsten, zoals een nog sterker geïntegreerd sociaal beleid.

Het is evident dat we niet blind mogen zijn voor deze en andere uitdagingen en dat we hiermee rekening moeten houden.

De ambities op investeringsniveau

Deze gemeente heeft voor de komende 3 jaar nog heel wat investeringen in de planning. Het netto-investeringsritme is een haalbare kaart, gelet op een paar stevige verkregen investeringssubsidies. Voor de komende planningsperiode kan het ambitieniveau, samen met OCMW, netto op een jaarlijkse inspanning van meer dan 7 miljoen euro gelegd worden. Dit investeringsniveau zou gehaald moeten worden zonder een verdere opbouw van de totale geconsolideerde schuld.

Het lijstje aan uitdagingen voor de komende legislatuur is realistisch, maar ook omvangrijk. Er is de bouw van een nieuw zwembad, van een nieuw ontmoetingscentrum voor Gullegem. Er is het centrum van Wevelgem waar ideeën plannen worden en plannen daden. Er zijn de inspanningen die geleverd moeten worden inzake mobiliteit en verkeersleefbaarheid, de jaarlijkse onderhoudsinvesteringen inzake wegen en voetpaden die op het huidige hoge niveau behouden moeten worden, de flankerende investeringen bij de uitrol van de woonprogrammatie. De planning inzake waterzuivering is nog niet afgewerkt: de Warandestraat en de Bergelen dienen zich aan…

Een goede basis voor nieuwe financiële afspraken

De marge inzake exploitatie en de opgebouwde reserve laten toe om met een aantal gerichte maatregelen verder de toekomst op een financieel gezonde wijze tegemoet te gaan.

Inzake fiscaliteit was er in 2015 een bijdrage per inwoner van 679 euro. Dat is iets hoger dan de cluster (met 663 euro), maar een stuk lager dan het provinciaal gemiddelde (854 euro) en het gewestelijk gemiddelde (760 euro). Voor de volledigheid voegen we eraan toe dat we zowel in vergelijking met de cluster, de provincie als het gewest heel wat minder krijgen uit het gemeentefonds. Dit zijn ook fiscale middelen die op Vlaams niveau verdeeld worden over de gemeenten. Het kleinste verschil noteren we ten opzichte van de clustergemeenten: 45 euro per inwoner.

Maar de ontvangsten volstaan om onze financiële uitdagingen aan te gaan. Dus gaan we voor een verlaging van de aanvullende personenbelasting van 7% naar 6,8%.

Inzake exploitatie-uitgaven werken we op een zuinige wijze en levert ook het personeel de nodige inspanningen om hiertoe bij te dragen. We gaan dan ook voor een verhoging van de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheques met 0,5 euro per dag.

De marges inzake exploitatie laten ook toe om een aantal gerichte beleidsinitiatieven te nemen. Binnen de gemeenteraadscommissie algemeen beleid gaan we op dit vlak graag het debat aan. De uitbouw van een aantal premies die de inwoners aanmoedigen om maatregelen inzake veiligheid te nemen, is alvast een eerste voorstel.

De bestemde gelden worden verhoogd in functie van investeringen in de volgende legislatuur. Deze middelen worden verankerd. Een gezonde planning is ook een duurzame planning.

Om te anticiperen op de stijgende pensioenfactuur worden een deel middelen vastgelegd in een pensioenfonds. Dit zal een tijdelijk negatief effect hebben op de volgende autofinancieringsmarge, maar dit zal ertoe bijdragen dat de ademruimte behouden wordt bij stijgende pensioenuitgaven.

ONZE BELOFTE

"CD&V staat aan het roer van Wevelgem. Dat is een groot voorrecht, maar het brengt ook een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Wij engageren ons om op basis van al wat hierboven staat, verder te gaan voor een duurzaam financieel beleid. We gaan erover blijven waken dat onze gemeente gemotiveerd personeel heeft dat op efficiënte wijze ingezet wordt en een antwoord biedt aan de hedendaagse eisen inzake dienstverlening. En zo gaan we de kwaliteit van onze gemeente verder blijven uitbouwen." (Jan Seynhaeve - burgemeester)

We gaan blijven waken over een matige fiscaliteit. Zonder eerlijke bijdrage kunnen we geen gemeente doen draaien. Maar als ruimte is voor een beheerste lastenverlaging, dan gunnen we die graag." (Lobke Maes - schepen van Financiën)

De belastingen gaan omlaag!
De belastingen gaan omlaag!
De belastingen gaan omlaag!
De belastingen gaan omlaag!
De belastingen gaan omlaag!
De belastingen gaan omlaag!

Wil je hier extra info over?

Stel je vraag aan Jan of Lobke.